Ooit moest mijn familie en ikzelf wekenlang in quarantaine omdat ik roodvonk had opgelopen. Destijds in 1972 kwam de huisarts- die pasgeleden is overleden- thuis en daarna de GGD. Zo werd een bron en contactonderzoek gedaan, ten tijde dat er een uitbraak was van een kinderziekte niets bellen, gewoon contact. Face to face.Ik kreeg antibiotica en niemand van familie mocht het huis uit. De school werd door de GGD benadert en ik mocht in bed naar Gert en Hermien luisteren die over de duiven op de dam zongen. Ik mocht nog van geluk spreken, de kinderziekte die nu zonder quarantaine en antibiotica meestal vanzelf weer verdwijnt was ooit dodelijk. Mijn oma sprak van een dodelijke ziekte in haar jeugd. Zo veranderen ziektebeelden en zullen we over generaties het huidige covid-19 virus met gemak overleven en worden we misschien er niet eens meer ziek van.
Ik stikte elke keer in mijn medicijn -de capsules met wit poeder- die ik drie keer per dag moest innemen met wat vla. Nu zijn de familie en ik in quarantaine omdat onze dochter corona heeft opgelopen. Waarschijnlijk is dat gebeurt in het verpleeghuis waar zij stage loopt. Zondagochtend werd ze wakker gebeld en gevraagd met spoed naar het werk te komen. Ze moest getest worden omdat er een client-die inmiddels was overleden- besmet met corona was geweest. Dochterlief was net ingeent tegen griep en wat verkouden. We hadden dit aanvankelijk aangezien als bijwerking van de vaccinatie, maar vreesde na de mededeling van het werk dat het toch anders lag. Het vermoeden bleek waar nadat Denise positief getest was en nu dus opnieuw quarantaine na 48 jaar.
Ik wilde naar buiten. Frisse lucht inademen. Dat mag volgens de voorschriften in de tuin en of balkon. Die hebben we beiden. De tuin ligt op het zuiden dus daar is het wat warmer dan op het balkon wat op het noorden ligt. Als ik even rondloop in het stukje natuur van enkele tientallen meters zie ik in het hofje de geplante bessenstruiken, die de buren van de dood hebben gered, door ze verleden week hier op gemeentelijk terrein te planten, nadat nieuwe buren ze in hun tuin voor een betonnen hekwerk hadden verwijderd.
Ik moet denken aan enkele beelden van een ochtendwandeling twee weken geleden. De eerste levende wezens die ik tegenkom op een maandagochtend in oktober, was een meisje van een jaar of drie. Ze stond met haar moeder op een brug om niet de duiven, maar de meeuwen eten te geven. Een witte krijsende wolk om hen heen. Precies als ik de brug opstapte stopte moeder het lege zakje brood in haar zak en verplaatste de witte wolk met luid gekrijs boven mijn hoofd.
Ik liep richting de dijk. Richting het Gooimeer. De laagstaande zon die het water tot een verblindende spiegel maakte is een teken voor de naderende donkere en misschien koude dagen. Nu zou ik willen toevoegen dat het waarschijnlijk een bijzondere winter met een heilige en stillere nacht dan gewoon wordt. Verlengd met een stil oud en nieuw, alhoewel er al uitweg wordt gezocht in het carbid schieten. Ik hoor al krachtige explosies met daarna melkbus deksels door stedelijk gebied vliegen. Carbid kan niet worden verboden, Het is geen vuurwerk, las ik vanochtend.
De verblinde zon en het hoge riet zorgde ervoor dat ik geen uitzicht had op de weidse watervlakte. Ik ging niet op de bank ga zitten, maar liep door. Een vrouw die ik met mijn snelle pas ga inhaalde keek verschrikt naar mij op, en begon te rennen.
Ik loop maar weer het huis in, terug naar mijn inhuizige quarantaine. Daar maak ik niemand bang. Mijn familie is al gewend aan mij schrikbeeld.
© Amiad Ilsar.