Mevrouw zit voor mij. Ik sta in een grote kring van bijna twintig bewoners die wonen op de verschillende verdiepingen van het verzorgingshuis. Mijn collega’s en ik zijn hier om samen met de bewegingsagoog – een jonge blonde vrouw- een echte spring in ’t veld, ruim een half uur te bewegen op de klanken van allerlei muzikale hits. Vele gekleurde sjaaltjes worden gebruikt als attribuut. In mijn hand een zwarte sjaal. Een opvallend gegeven. Elke maal als we deze activiteit doen en de deelnemers een sjaaltje laten kiezen, blijven de twee zwarte sjaals over. Niemand kiest deze. Met de zwarte sjaal in mijn hand kan ik de mensen tegenover mij stimuleren en hoop ik hen in beweging te krijgen. Mevrouw heeft echter geen sjaal. Een andere deelneemster uit de groep heeft als enige twee. Hoe komt ze aan twee? Het is wel heel kenmerkend voor haar, altijd weer iets speciaals. Ik werp een blik in het witte plastic bakje waar op dit moment geen sjaaltje meer is. Leeg. Dan kan ik haar mijn sjaal geven.
Maar wat is dat? Vraag ik mij af als ik mevrouw aankijk. Een paarse tulband een lichtbruine trui en…… een paarse sjaal, keurig om haar hals gedrapeerd en met zorg geknoopt. Ik sein een collega is. “zie je die paarse sjaal van mevrouw om haar nek?” Die is van vorige week. Meegenomen en tot haar eigendom verworven.
In een lang verleden na het bloemschikken hadden we een deelneemster die het heel leuk vond om scharen mee te nemen. Deze mevrouw legde een hele verzameling aan. Mede omdat ze de tascontroles na afloop heel goed wist te omzeilen en als ze wel werd betrapt steevast beweerde dat dit haar schaar was en het onder geen beding wou afstaan.
Terug naar de vrouw met het paars sjaaltje, zij heeft haar sjaal losgeknoopt en is mee gaan bewegen. De lengte van mevrouw of beter gezegd het gebrek hiervan leiden ertoe dat haar voeten in de lucht zweven. Met het paarse sjaaltje in haar handen volgt ze mijn bewegingen die ik met het zwarte sjaaltje in mijn hand doe. De bewoners hebben plezier. Wij hebben plezier het lijkt allemaal heel eenvoudig een activiteit met een gekleurd sjaaltje en wat muziek.
Maar er is meer. Mevrouw had nu nog met haar paarse sjaaltje om ergens in haar eentje lopen of zitten te rommelen, in haar eigen fantasiewereld ver van hier. Net als vele anderen is mevrouw hier in de kring komen te zitten door haar persoonlijk op te halen. Kortom het creëren van deze groep kost veel persoonlijke inzet, motivatie en energie. Het gaat niet vanzelf.
Maar op het moment dat iedereen hier nu is, is het feest. Een feest waar mevrouw nu niet weer na afloop met een sjaaltje kan ontsnappen. Als de muzieklijst klaar is en de stilte weer invalt krijg ik het lege witte bakje voor de verzameling van de sjaaltjes in mijn hand. ‘Kunt u hier u sjaaltje in doen? Dan hebben we hem weer voor de volgende keer’. Daar gaat het paarse sjaaltje. ‘Dank u wel mevrouw’.
© Amiad Ilsar.